Meditatie: afwijzing en acceptatie

Een man vertelde: "Vanaf mijn jeugd kleineerde mijn vader mij, nooit deed ik iets goed. Daardoor voel ik mij afgewezen." En een meisje op de middelbare school maakt iets dergelijks mee. Niemand uit haar klas wil contact met haar, ze staat altijd alleen. Hierdoor heeft ze al de nodige littekens opgelopen. Overal komt afwijzing voor, in families, bedrijven, scholen, de politiek, tussen volken en landen.

Jezus overkomt het ook. We lezen hierover in Lucas 4:14-30. Aanvankelijk is Jezus zeer gezien. In Zijn vertrouwde synagoge in Nazaret leest Hij op een keer uit de profeet Jesaja, uit hoofdstuk 58 en 61. Hij maakt duidelijk: wat Ik gelezen heb is in mij in vervulling gegaan. Ik breng de armen het goede nieuws, gevangenen vrijlating, blinden het gezicht, onderdrukten bevrijding. Zijn stadgenoten zijn lovend. Maar....is Hij dan de messias, de redder? Hij is toch de zoon van Jozef, de timmerman? Laat Hij het maar bewijzen. De mensen willen wonderen van Hem zien. Jezus weigert. Ze moeten Hem geloven op zijn woord. Dan slaat de stemming om. De Nazareners wijzen Jezus nu af.

We lezen dat de bewoners van Nazaret Jezus de stad uitdrijven en Hem in de afgrond te willen storten! Weg met Hem. Het deert Jezus niet, in tegenstelling tot ons. Wij dragen afwijzing vaak nog jaren met ons mee. Jezus weet echter dat dit nog maar het begin is. En dan loopt Hij tussen de mensen door en vertrekt (Lucas 4: 28-30).

Jezus moet die hele weg naar Zijn kruis nog gaan, waarna Zijn opstanding volgt. Hij is bereid deze weg van totale afwijzing te gaan om alle afwijzing die wij elkaar bezorgen te overwinnen, al onze duisternis, ons falen en zelfs de dood. Hierdoor weten wij: Christus wijst je nooit af, maar accepteert je volledig. Dat doet je goed. Daardoor weten wij ook wat ons te doen staat. Uit dankbaarheid voor Zijn acceptatie van jou zijn wij geroepen ieder mens te accepteren. Want ieder mens is een kostbaar schepsel van God. En als mensen aan de kant staan, is het onze taak in kerk en maatschappij om hen op te vangen, recht te doen: de verzorgingshuisbewoner, de werkloze, de verslaafde, de eenzame, de vluchteling, de arme, de psychisch geplaagde. Accepteer elkaar, of zoals Paulus zegt: Aanvaard elkaar, zoals Christus ons aanvaard heeft. Mogen wij daaraan werken, zodat steeds minder mensen zich aan de kant voelen staan.

Ds. Kees Groenendijk